Kwik, Kwek en Kwak bewonderen de Grand Canyon. Ze gaan echter zo dicht naar de rand toe dat ze naar beneden vallen. Donald probeert hen te redden maar hij valt ook naar beneden. Ze kunnen niet meer naar boven dus ze besluiten helemaal naar beneden te gaan waar ze na enkele uren aankomen. Onder in het ravijn loopt een rivier. Kwik, Kwek en Kwak maken zich erg ongerust maar Donald gaat eerst slapen. Hij wordt wakker van de geur van gebakken eieren. Kwik, Kwek en Kwak hebben een vuur gemaakt om de wereld boven hen te laten weten waar ze zitten. Die hebben toen spullen, waaronder een rubberboot, naar beneden gelaten. Ze gaan met de rubberboot de rivier af op weg naar de beschaafde wereld. Maar Donald is een erg slechte stuurman waardoor ze omslaan en al hun spullen verliezen. Ze zien een trap in de rotsen en die beklimmen ze. Bovenaan de trap ontdekken ze prehistorische kippen. Als Donald er één wil pakken, wordt hijzelf gegrepen door een stel holbewoners die hem te roken boven een vuur hangen. Kwik, Kwek en Kwak halen de rubberboot en tekenen er een monster op. Veel geluid makend gaan ze verborgen onder de rubberboot naar de holbewoners die van angst op de vlucht slaan. Kwik, Kwek en Kwak bevrijden snel oom Donald. Ze keren terug met de rubberboot en storten door een rotsblok dat de holbewoners op hen afrollen weer naar beneden de rivier in. Ze zakken rustig de rivier verder af en komen terug in de beschaafde wereld. Iedereen is trots op Donald omdat hij Kwik, Kwek en Kwak gered heeft. Hij zegt dat hij zonder Kwik, Kwek en Kwak wel eerder weer terug geweest zou zijn. Kwik, Kwek en Kwak vallen uitgeput en verbaasd achterover.
